Veelgestelde vragen

OCL borstkanker

Een mammografie is nog altijd het beste onderzoek om een beeld te krijgen van de borsten voor screening of controle.
Een echo wordt gedaan als aanvullend onderzoek om een deel van de borst beter te bekijken. De radioloog moet weten ‘waar hij moet kijken’, daarvoor is een mammografie nodig of een MRI.
Een MRI wordt ook gedaan als aanvullend onderzoek om meer informatie te krijgen over een afwijking of wanneer een mammografie niet goed te beoordelen is. Ook wordt een MRI gedaan wanneer er sprake is van een genmutatie ( erfelijke aanleg).
U kunt een half uur voor de mammografie 2 tabletten van 500mg paracetamol innemen om het onderzoek minder pijnlijk te maken.

Uitgebreide informatie hierover kunt u vinden op de website van de overheid. De informatie is samengesteld naar aanleiding van het DENSE-onderzoek ( aanvullende MRI bij vrouwen met hoge borstdensiteit).

Wanneer u geopereerd wordt zonder de plastisch chirurg, duurt een operatie ongeveer 1,5 uur.

Borstsparende operatie. Als de operatie in de ochtend plaats vindt rekent u op een dagopname. Vindt de operatie in de middag plaats kan dit betekenen dat u een nacht blijft.
Bij een operatie waarbij de borst wordt weggehaald, blijft u tenminste 1 nacht.
Bij een operatie met een directe reconstructie van de borst kan de opname 1 tot enkele dagen zijn.

De wond is binnen 24 uur na de operatie gesloten. U mag daarom een dag na de operatie alweer (kort) douchen. Er kunnen dan geen bacteriën meer van buiten naar binnen komen. Zeep, douchegel en shampoo kunt u normaal gebruiken. De wond kunt u het beste met de handdoek droogdeppen. Het wordt de eerste twee weken afgeraden in bad te gaan of langer dan vijf minuten te douchen, in verband met verweking van de wond.

Wandelen en fietsen kunt u vanaf de tweede dag na de operatie weer proberen. Ondersteun de borst met een goede (sport) BH. Na het verwijderen van de borst draagt u de speciaal aangemeten BH.
In zijn algemeenheid geldt: doe het de eerste twee weken rustiger aan. Voorkom zware belasting van de borstspier, zoals bij roeien, gewichtheffen.
Bouw activiteiten/ sporten rustig op en luister naar uw lichaam, dat is het beste advies dat we hierin kunnen geven. Wanneer u na een activiteit pijn heeft, is dat een signaal om nog te wachten met uitbreiden, totdat u geen pijn meer heeft.

In chloorwater zwemmen wordt de eerste 2 weken na de operatie en tijdens en kort na de bestraling afgeraden.
Intensieve sporten zoals hardlopen en tennis mag u na ongeveer 6 weken weer oppakken.

Wanneer u geopereerd bent met de plastisch chirurg gelden andere adviezen:

De eerste 6 weken niet zwemmen, geen activiteiten doen waarbij u uw armen zwaar gaat belasten ( gewichtheffen, tennis, roeien, volleybal, etcetera);
Fietsen kan weer na 2 weken.

Als u zich niet ziek voelt, geen koorts heeft, de wond niet rood is, en het vocht helder is en niet vies ruikt, kunt u rustig afwachten. Zorg ervoor dat u uw kleding en bed beschermt tegen lekken met een absorberend verband.

Ja, dat is normaal. Dit is het litteken in de borst. Het kan nog een tijd hard aanvoelen. Maakt u zich ongerust, bel dan met de mammapoli.

Ja, bij de meeste zorgverzekeraars wordt eenmaal per twee jaar een prothese vergoed.
Wel wordt dit verrekend met uw eigen risico.

Ja, dit wordt vergoed. Ook als er een operatie aan de ‘gezonde’ borst nodig is, om symmetrie te krijgen.
Bij lipofilling gelden wel strenge regels voor vergoeding.

Een borstprothese die lekt dient u bij het klein chemisch afval te doen, in verband met de siliconen.

Bij de voordeur van Haven 41 in Goutum is een bak waar gebruikte haarwerken en borstprothesen kunnen worden ingeleverd. De hulpmiddelen gaan naar de Stichting Kinderen in Nood uit Bussum. Deze stichting helpt kinderen in Oost-Europese landen met hulpgoederen en ontwikkelingsprojecten. Daarnaast helpt de stichting ook mensen met een beperking en ouderen, onder andere met gebruikte haarwerken en borstprothesen. Haarwerken en borstprothesen zijn in Oost-Europa voor de meeste mensen niet te betalen. De stichting brengt deze hulpmiddelen naar ziekenhuizen in Hongarije, Roemenië en Oekraïne en zorgt dat ze daar een goede bestemming krijgen.

Op deze pagina staan verschillende andere goede bestemmingen.

Als u onder controle bent bij het Oncologisch Centrum, meldt u dan af bij het Bevolkingsonderzoek. In de folder van het bevolkingsonderzoek staat waar u dit kan doen. De behandelend specialist in het MCL, bij wie u onder controle bent, geeft aan het Bevolkingsonderzoek door wanneer de controle in het MCL beëindigd wordt en u (weer) opgeroepen kunt worden.

U hoeft zich hier geen zorgen over te maken. Deze stekende pijn ( vrouwen beschrijven het alsof er met een mes in gestoken wordt of alsof er met een breipen in gestoken wordt) hoort bij het normale herstel van de borst. Deze pijn neemt meestal af na enkele maanden tot een jaar na de operatie.

Een jaar na de operatie wordt weer een mammografie gemaakt. Dan is de borst voldoende hersteld en is het niet meer te pijnlijk om te doen.

Het is belangrijk dat u dit meldt aan uw internist-oncoloog. Het is niet nodig dat u direct naar de gynaecoloog verwezen wordt, tenzij u al bij de gynaecoloog met een dergelijk probleem bekend was.

In 1^e instantie kunt u via de secretaresse van het OCL een telefonische afspraak met uw internist-oncoloog in laten boeken, tenzij u een afspraak hebt staan in de komende 1 tot 2 maanden.

Het advies van de internist-oncoloog is verschillend en hangt er van af of het te verwachten is dat u bloed verliest. De adviezen worden beïnvloed door:

de menopauze situatie ( voor de overgang, rondom de overgang, na de overgang)
het middel dat u gebruikt
hoe lang u dit gebruikt
het patroon van het bloedverlies.

Postmenopauzaal bent u als u 1 jaar niet gemenstrueerd heeft, zonder dat u medicatie hebt gebruikt die de menstruatie kan beïnvloeden en bij aanwezigheid van uw baarmoeder en eierstokken. We noemen dit ook wel ‘in de overgang zijn’.

Perimenopauzaal is de situatie waarbij u nog niet postmenopauzaal bent en de menstruatie soms al een tijdje weg is, maar nog niet een jaar. In de leeftijd tot ongeveer 57 jaar kan nog zeer wisselend toch een menstruatie op gang komen. Door middel van bloedonderzoek en de specifieke situatie zeggen we dan dat u of postmenopauzaal bent of premenopauzaal.

Premenopauzaal is de situatie waarbij u nog regelmatig menstrueert. Bloedonderzoek is dan niet nodig om dat vast te stellen.

Het vaststellen van uw menopauzale situatie is belangrijk, omdat de keuze van de adjuvante ( = aanvullende) behandeling hiervan afhangt. Dit wordt altijd voordat u start met de behandeling besproken. Soms wordt het bloed onderzocht voor aanvang van de behandeling om dit vast te stellen.
Patiënten die premenopauzaal en perimenopauzaal zijn bij de start van de behandeling worden op dezelfde manier behandeld (ook als er eerst chemotherapie gegeven wordt). Patiënten die postmenopauzaal zijn, krijgen een ander behandeladvies.

- Een gewone menstruatie komt voor tijdens het gebruik van Tamoxifen en is geen reden tot verder onderzoek.
- Als u net gestart bent met de adjuvante endocriene behandeling met Tamoxifen, dan kan uw cyclus verstoord raken en er enkele dagen bloedverlies optreden. Ook dit is geen reden tot verder onderzoek.
- Wanneer u jonger bent dan 40 jaar, dan wordt Tamoxifen vaak gecombineerd met Gosereline implantatiestaafjes onder de huid ( subcutaan). Gebruikt u Gosereline, dan kan er eerst nog een menstruatie komen. Dit komt omdat dit middel door overstimulatie de functie van de eierstokken beïnvloed. U hoeft dan geen extra onderzoek te ondergaan.

In de perimenopauze is het niet zo eenduidig, omdat we niet weten of de cyclus weer op gang komt of onregelmatig is of omdat u toch al postmenopauzaal geworden bent. Hiervoor is het nodig om met uw internist-oncoloog af te spreken om te beoordelen. Soms volgt er bloedonderzoek, soms een verwijzing naar de gynaecoloog. Als u een periode geen bloedverlies hebt gehad en het komt na 1 jaar opeens weer op gang dan is het nodig verder onderzoek te doen.

Meestal wordt u voor verder onderzoek naar de gynaecoloog verwezen, behalve als u net gestart bent met de adjuvante endocriene behandeling. Als u net gestart bent met de adjuvante endocriene behandeling met Tamoxifen of de aromataseremmers Letrozol, Anastrozol of Exemestane kan er enkele dagen bloedverlies optreden en is er geen reden tot verder onderzoek.

Gelukkig levert het aanvullende onderzoek heel vaak geen afwijkingen op. Maar we willen hier graag alert op zijn. Bij patiëntes die wel een probleem van het baarmoederslijmvlies hebben, willen we dit tijdig ontdekken, zodat we dat ook kunnen behandelen.

Ja, dat is normaal. Het vocht hoopt zich eerst op in de wondholte. Na enkele weken heeft het vocht een nieuwe weg gevonden en neemt de zwelling weer af. Soms lekt de wond wat vocht. Dit is niet ernstig. Als u zich niet ziek voelt, geen koorts heeft, de wond niet rood is, en het vocht helder is en niet vies ruikt, kunt u rustig afwachten. Zorg ervoor dat u uw kleding en bed beschermt tegen lekken.

Ja, dat is normaal. Het vocht hoopt zich eerst op in de wondholte. Na enkele weken tot maanden heeft het vocht een nieuwe weg gevonden en neemt de zwelling weer af. Soms lekt de wond wat vocht. Dit is niet ernstig. Als u zich niet ziek voelt, geen koorts heeft, de wond niet rood is, en het vocht helder is en niet vies ruikt, kunt u rustig afwachten. Zorg ervoor dat u uw kleding en bed beschermt tegen lekken.
Ook kan het zijn dat er veel spanning op de wond komt ( er zit een bult onder de oksel). Als u hier last van heeft kunt u bellen voor een afspraak. De wond wordt dan beoordeeld en het vocht kan, indien nodig, worden weggehaald. Nadien kan het zijn dat het vocht zich weer snel ophoopt.

Ja, dat is normaal. Bij de schildwachtklierprocedure zal dit gevoel langzaam weer afnemen en overgaan.
Bij een volledige okselklieroperatie kan dit gevoel blijven. Veel patiënten zeggen dat ze er aan gewend raken en dat het rare gevoel niet meer storend is op den duur.

Dit komt door de inspuiting van een blauwe kleurstof tijdens de operatie. Deze maakt de lymfeklier zichtbaar voor de chirurg bij de operatie, zodat zij/ hij weet welke klier weggehaald moet worden voor onderzoek.
Deze kleurstof kan wel tot een jaar zichtbaar blijven in de huid. U kunt hier niets aan doen, de kleur trekt vanzelf weg.